Stad Oostende zet in op lokale telling thuis- en dakloosheid

Share this:

Op 28 oktober vindt in Oostende maar ook in Bredene, Middelkerke, Oudenburg, Ichtegem en Gistel een grootschalige lokale telling dak- en thuislozen plaats. Deze telling gebeurde reeds in andere regio's en grootsteden, en biedt een schat aan informatie om het beleid gericht te kunnen bijsturen in de bestrijding van dak- en thuisloosheid. Stad Oostende neemt de regierol op zich voor de regio Middenkust.

Dark number

De reële omvang van dak- en thuisloosheid in een stad of gemeente is erg moeilijk in kaart te brengen. Naast de vaak meer zichtbare groep mensen die op straat leven is er ook een hoog zogenaamd 'dark number' van mensen zonder vaste verblijfplaats. Dat maakt het voor een lokaal bestuur erg moeilijk om hen gepaste hulp te bieden en zo uit die cirkel van dak- en thuisloosheid te helpen. Recent werd een iets duidelijkere academische definitie ontwikkeld die nu gehanteerd wordt en ons in staat stelt om objectieve cijfers te verzamelen. De zogenaamde ETHOS-typologie (European typology of homelessness and housing exclusion) omvat een indeling in vormen van thuis- en dakloosheid. Hierdoor kunnen nu ook alle categorieën beter in kaart worden gebracht.
​​
​"We beschikken reeds over een aantal cijfers, maar we weten dat er ook heel wat verdoken dakloosheid is. Dankzij de telling kunnen we onze gegevens aanvullen en een beter beeld krijgen van de omvang van het probleem. Dat zal ons enorm helpen bij het uittekenen van ons beleid," zegt Schepen Natacha Waldmann.

Regiobrede problematiek

Stad Oostende nam het initiatief voor deze telling, en slaat hiervoor ook de handen in elkaar met de lokale besturen in de bredere regio. Dak- en thuisloosheid stopt niet aan de stadsgrenzen, daarom slaan we de handen in elkaar met Bredene, De Haan, Oudenburg, Ichtegem, Gistel en Middelkerke. Ook de lokale welzijns- en andere partners tellen mee. Om hen wegwijs te maken organiseerde Stad Oostende vanuit haar regierol infosessies met het hoe en waarom van de telling. Ondertussen namen al meer dan 100 deelnemers namens bijna 40 organisaties uit het middenveld en het onderwijs deel aan een infosessie. Deze telling zal gegevens verstrekken aan het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en gebeurt in samenwerking met onderzoeksgroep LUCAS (KULeuven) en met de steun van de Koning Boudewijnstichting.

Point in time

De methodiek die gebruikt zal worden is die van de "point-in-time" telling. Dit houdt in dat op één afgesproken moment alle dak- en thuisloze personen in een kleine regio in kaart gebracht worden. Voor de regio Oostende zal deze teldag vallen op 28 oktober.

Hulpverleners uit de welzijnssector, de gehandicaptenzorg, de thuiszorg, de geestelijke gezondheidzorg, maar ook politie, ziekenhuizen, culturele centra, CLB’s en scholen tellen mee. Dit is belangrijk omdat deze groep mensen vaak niet gekend is bij de welzijnsorganisaties.

Schepen Natacha Waldmann: "We bereiden deze teldag zeer goed voor met alle betrokken partners. De meerwaarde van deze zeer brede deelname is dat we niet enkel de mensen die op straat of in een opvangcentrum verblijven in kaart brengen, maar ook de grote groep ‘thuislozen’. Mensen die bij vrienden of familie verblijven, mensen die op korte termijn uit huis gezet zullen worden, of mensen die in een onaangepaste woning leven. Dat laat ons toe om nog meer dan vandaag in te zetten op preventie van dakloosheid."

Beleidsinstrument

De Vlaamse overheid houdt deze telling in 14 regio's. De Koning Boudewijnstichting is partner en het academische luik staat onder leiding van de KU Leuven.

 

 

(foto copyright Emeline Six)