Stad Oostende start met Demiclowns in woonzorgcentra

Share this:

Omgaan met bewoners met dementie in een woonzorgcentrum is een blijvende uitdaging. Stad Oostende houdt de vinger aan de pols en start daarom nu met een nieuwe methode in dementiezorg, de zogenaamde 'demiclown'. Die helpt bewoners dankzij fantasiespel terug een stukje dichter bij zichzelf te komen.

Omgaan met bewoners met dementie in een uitdaging voor alle woonzorgcentra. Stad Oostende gaat voortdurend op zoek naar nieuwe manieren om het welzijn van die specifieke doelgroep te verhogen. Daarom wordt nu gestart met een nieuwe methode binnen de dementiezorg, de zogenaamde 'demiclown'. "We gebruiken deze methodiek sinds kort in de beide woonzorgcentra van Stad Oostende: de Boarebreker en A. Lacourt. De wekelijkse bezoeken hebben een positieve impact op de bewoners," aldus schepen voor Zorg Natacha Waldmann.

Dementie in Vlaanderen

In Vlaanderen hebben in 2020, volgens een schatting op basis van het EuroCode-risicomodel, 136.624 mensen dementie. Prognoses voorspellen toenames met 40% tegen 2050. Woonzorgcentra hebben daarom steeds vaker aparte dementie-afdelingen. In WZC Boarebreker en Lacourt is dat intussen de helft van alle afdelingen.

De zorg voor bewoners met dementie is volledig anders georganiseerd dan de reguliere zorg in een woonzorgcentrum. Denk daarbij aan aparte infrastructuur (kleur, foto's, loopgangen...) maar ook inhoudelijk worden andere klemtonen gelegd. Het accent ligt veel meer op aandacht, rust en begeleiding en veel minder op fysieke zorg.  

Demiclowns

Doordat de problematiek zo aanwezig is, blijft men ook steeds zoeken naar nieuwe methodieken om met personen met dementie om te gaan. Werken met zogenaamde Demiclowns is daar één van. "Stad Oostende houdt de vinger aan de pols en zet hier nu dan ook op in. Werken met demiclowns biedt echt een therapeutische meerwaarde, die we enorm waarderen in de zoektocht naar een zo groot mogelijk welbevinden bij onze bewoners," stelt schepen Waldmann.

Verpleegkundige Ine Laureins volgde vorig jaar een opleiding Demiclown aan hogeschool VIVES in Roeselare en kan nu als gediplomeerd demiclown worden ingezet. Voor kwetsbare mensen is een clown zeer toegankelijk en herkenbaar, het helpt mensen met dementie om ze dichter bij zichzelf te brengen. Dit biedt heel wat kansen, en is een steun voor de familie.

Deze methodiek doorbreekt het cliché rond dementie. De demiclown komt niet op afdeling om te jongleren of grappen uit te halen. De clown komt als herkenbare figuur effectief beter in verbinding met bewoners met dementie. Zij kunnen oude rollen opnemen en worden zo hersteld in hun oude identiteit. Dat geeft de bewoners een zeer goed gevoel.

Het levensverhaal van de bewoner is het startpunt. "Ik benader de mensen in hun 'oude ik'.  Ik zet hen terug in waarde en laat ze weer genieten van oude tijden. Als clown mag ik dat omdat een clown zogenaamd ook het noorden kwijt is en niet meer aansluit bij de huidige wereld. In een fantasiespel kan dat dus wel," verduidelijkt Demiclown Ine Laureins. Het lukt niet altijd even goed, maar soms worden zo bewoners bereikt waarmee alle contact verloren was. Dit levert sterke handvaten op voor de reguliere, dagelijkse zorg.

"In onze woonzorgcentra blijven we investeren en innoveren. We zijn trots dat één van onze medewerkers zich hiervoor engageert: deze methodiek loont en toont nu al haar meerwaarde aan. De aanpak van Ine Laureins is uiterst onderbouwd en professioneel, en is een meerwaarde voor alle medewerkers van de dementie-afdelingen," besluit nog Schepen Waldmann.